In Zuid-Limburg alias Haspengouw kleeft op de inwoners van Wellen het etiket ‘Bokkenrijder’ … het is ook hun spotnaam. Waarom precies de Wellenaars? De bokkenrijdersbeweging – een soort verzetsgroep – was destijds over een veel ruimer geografisch territorium actief. Ze is ontstaan in het Overmase Nederlands-Limburg, daar lag tevens het epicentrum van de beweging. In Belgisch-Limburg, dat in de achttiende het graafschap Loon heette en politiek-administratief onder de vleugels van het prinsbisdom Luik ressorteerde, opereerde de ‘bende’ vooral in het Maasland en de Kempen (o.m. in Maaseik en Overpelt). En toch wordt tot op heden het Haspengouwse Wellen met het eerder onfrisse imago van de Bokkenrijder vereenzelvigd. Het verleden heeft hiervoor zijn argumenten en redenen en … hieruit blijkt dat de Bokkenrijders heus nog niet de slechtsten waren!
De Bokkenrijders belichamen het verzet van de gewone man tegen de uitbuiting van hogerhand die het pauperisme op het platteland in de hand werkte. Om zichzelf en hun kroostrijke gezinnen in leven te houden, namen ze – noodgedwongen – hun toevlucht tot ongeoorloofde praktijken en daden zoals diefstal (o.a. het kraken van offerblokken), inbraak (in grote hoeves, kerken, kastelen, pastorijen), brandstichtingen en afpersingen via hun vaak efficiënte techniek van de ‘brandbrieven’. In hun overlevingsdrang smeekten ze om proviand en dreigden ze met brandstichting indien hun eisen niet ingewilligd werden.
In Haspengouw was de repressie tegen de Bokkenrijders het hevigst in Wellen dat destijds onder de feodale vleugels – inclusief de rechtspraak – van de autoritaire abdis van het stift van Munsterbilzen ressorteerde. Tussen juni 1774 en februari 1776 werden 19 Wellense Bokkenrijders op weerzinwekkende wijze terechtgesteld in de Bonderkuil, een ondiepe leemgroeve in het landelijk gehucht Langenakker. Deze groeve ontstond door het delven van leem waarmee de toenmalige bevolking hun schamele vakwerkboerderijen en -huizen bouwden. 8 andere Wellense Bokkenrijders zijn terechtgesteld in Munsterbilzen, twee stierven in de gevangenis.
Na de Vredes van Utrecht en Rastatt, politieke akkoorden na de Spaanse successieoorlog (1701-13/14), ressorteerden de Zuidelijke Nederlanden onder het bewind van Oostenrijk dat er heel wat veranderingen doorvoerde. Wellen, vanouds een inherent onderdeel van het oude graafschap Loon, ressorteerde reeds sinds 1366 onder het prinsbisdom Luik dat zich vanaf 1477 politiek neutraal opstelde. Een groot nadeel hiervan was dat de regio bijna voortdurend en in alle richtingen doorkruist werd door diverse legers en huurlingen die zich van het ene naar het andere slagveld begaven en niet zelden bij toevallige ontmoetingen op neutraal (Luiks) terrein slaags geraakten (o.a. de slag van Lafelt, 1747). Deze situatie zorgde voor instabiliteit en heel wat ongenoegen in de regio waar toentertijd vooral boeren woonden: plunderingen door ronddolende soldaten, wandaden van deserteurs, inkwartieringen, vernielingen en/of opeisingen van oogsten … kortom, er heerste hier te lande een klimaat van onbehagen en onveiligheid. Dit leidde tot een verarming van de boerenbevolking en een toename van het pauperisme. Het grote kapitaal was in deze pré-industriële samenleving in handen van de kasteelheren alias de grootgrondbezitters, de Luikse industriëlen, de adel en de clerus … een elitaire minderheid die op het platteland de lakens uitdeelde. Het merendeel van de bevolking moest hard zwoegen en lang werken in ruil voor een karig loon waarmee de dagloners in het levensonderhoud van hun kroostrijke gezinnen moesten voorzien. Het weinige dat ze konden verdienen werd hen dan nog door uitheemse soldaten en avonturiers op onrechtmatige wijze ontnomen zodat de autochtone bevolking na verloop van tijd noodgedwongen moest gaan bedelen en stelen. Welnu, in dit maatschappelijk klimaat ontkiemde de beweging van de Bokkenrijders.
In Nederlands-Limburg is het fenomeen van de Bokkenrijders het best bekend en op basis van processtukken breedvoerig bestudeerd en gedocumenteerd. Het zwaartepunt van de beweging situeerde zich in de buurt van ’s Hertogenrade, Valkenburg en het land van Gulik. De oudst geregistreerde feiten dateren uit 1734. Historici onderscheiden drie grote golven van agressie, telkens abrupt afgebroken door grootscheepse processen en veroordelingen waarbij kopstukken geliquideerd werden: 1734-56, 1762-74/75 en 1790-95. De tweede fase was de voornaamste met belangrijke vertakkingen op de westelijke oever van de Maas. Vooral in de Kempen en het Maasland, agrarisch armere zandstreken waar de problematiek van het pauperisme zich als het ware nog extremer stelde. Maaseik was de internationale ontmoetingsplaats van de hiërarchisch goed georganiseerde bende. Drossaard Clerckx uit Overpelt was hun boeman. Hij ontketende een ware heksenjacht. Van hem wordt gezegd en geschreven dat hij meer mensen (ca. 500) berechtte en ter dood veroordeelde dan er in heel Limburg ooit Bokkenrijders geweest zijn. De repressie van overheidswege tegen de Bokkenrijders was ongemeen hard … te hard zoals achteraf zou blijken.
In Zuid-Limburg was de repressie tegen de Bokkenrijders het wreedst in Wellen. Tussen 16 juni 1774 en 5 februari 1776 werden, na vonnissen van de schepenbanken van Wellen en Munsterbilzen, niet minder dan 27 Wellense Bokkenrijders op weerzinwekkende wijze terechtgesteld. Ze hadden zich – zogezegd – schuldig gemaakt aan inbraken en diefstallen, het dreigen met brandbrieven en daadwerkelijke brandstichtingen en dit in meerdere Zuid-Limburgse dorpen (o.a. Alken, Gelinden, Vroenhoven, Herten, Brustem, Kortessem). Deze feiten werden gepleegd bij kapitaalkrachtige burgers (grote boerderijen, notabelen, watermolens) en in religieuze gebouwen (kerken, kapellen, pastorieën, …). Zo werden in de kerken van Kortessem en Guigoven meermaals de offerblokken leeggehaald … een ogenschijnlijk detail dat de tijdsgeest illustreert! Tijdens hun processen hebben de beklaagden deze feiten ook bekend alsmede nog andere vermeende gruweldaden (o.a. moorden) … weliswaar na onmenselijke folteringen door hun ondervragers. In werkelijkheid en in zover objectief bekend, hebben de Wellense Bokkenrijders echter geen enkele moord op hun geweten!
Dat Wellen hét symbool van de Bokkenrijders in Zuid-Limburg alias Haspengouw is geworden, is dus het rechtstreeks gevolg van het harde optreden van de rechterlijke macht. Dat dit precies in Wellen gebeurde, kan onzes inziens geen toeval zijn. Wellen had namelijk een heel speciaal politiek statuut. De wereldlijke heer van Wellen was immers de abdis van Munsterbilzen … de clerus tegen wie de Bokkenrijders hard van leer trokken. Met hun kordate optreden wou de overheid de Bokkenrijders definitief uitschakelen. In het ancien régime stonden de meeste dorpen en heerlijkheden in Haspengouw onder toezicht van adellijke families die meestal elders resideerden – adellijke geslachten bezaten immers meerdere kasteeldomeinen – en dus weinig last hadden van plaatselijke toe- en wantoestanden. Hun drossaards (= hun plaatselijke zaakvoerders) waren – zoals in het naburige Kortessem – veel milder voor de Bokkenrijders. Dit leiden we af uit documenten waaruit blijkt dat drossaard Hollanders – in Wellen oordelend in de naam van de abdis van Munsterbilzen – veel strenger optrad tegen de Bokkenrijders dan drossaard Wijnhelder die in het naburige Kortessem de leenheer (= de familie van Isendoorn, gehuisvest op het landgoed Dessener) vertegenwoordigde.
De bedreigingen en activiteiten van de Bokkenrijders zijn in geen enkel opzicht goed te praten. Niettemin kunnen we ze in het toenmalig economisch en sociaal-maatschappelijke klimaat best begrijpen. Ze chanteerden, roofden en plunderden uit pure noodzaak, jawel om letterlijk te kunnen overleven. Het versturen van brandbrieven – brieven waarin met brandstichting of moord werd gedreigd tenzij men een zekere geldsom en/of een voedselpakket overmaakte – was hun gebruikelijke tactiek. Ze signeerden deze documenten met een bokkenpoot wat ten dele hun naam kan verklaren. (Omtrent de herkomst en betekenis van het woord ‘Bokkenrijder’ bestaan er meerdere hypothesen en verklaringen; in het bestek van deze blog ga ik hierop echter niet nader in). Slechts hoog uitzonderlijk hebben ze mensen van het leven beroofd, niettemin besmeurde dit hun naam en reputatie met bloed. Ze waren alleszins minder crimineel en wreed dan lange tijd algemeen werd aangenomen. De beeldvorming van de Bokkenrijders bij het brede publiek is te eenzijdig gebaseerd op processtukken met niet zelden letterlijk en figuurlijk ‘opgeschroefde’ bekentenissen die na mensonwaardige folteringen werden afgedwongen!
Een anomalie in hun gedrag en optreden waren de heiligschennende geloften en daden, o.a. het onteren van hosties. Dit leverde immers geen geld noch voedsel op maar resulteerde wel in een keiharde aanpak en repressie door de overheid en de hogere burgerij die toen nog traditioneel sterk kerkelijk gezind waren. Deze ingesteldheid wijst – volgens een aantal historici – naar een heuse ‘bokkerijdersbeweging’ met een religieus-communistische ondertoon. Ze waren vooral gekant tegen de rijken waartoe ook de clerus behoorde en niet zozeer tegen de godsdienst als dusdanig. Dit blijkt trouwens uit volgende formule uit hun eedaflegging: ‘Het kruisbeeld herinnere U eraan dat Jezus Christus door de rijkere Joden veroordeeld werd omdat hijzelf arm was …’. In deze optiek waren de Bokkenrijders een exponent van een soort ondergrondse politieke beweging. Dit verklaart hun georganiseerd optreden met een sterke interne hiërarchie en bovenal een geheimzinnige leiding die zelfs tot op heden onbekend is gebleven. Blijkbaar is deze lafhartige wijze van terrorisme en paniekzaaierij een wapen van alle tijden en generaties!
De benaming Bokkenrijder verwijst naar boze geesten die ’s nachts op bokken door de lucht klieven. Het is een vertrouwde voorstelling uit het volksgeloof bij de Germaanse volkeren waarbij demonen in een dierlijke gedaante als een storm door het luchtruim raasden, niet zelden met de bedoeling paniek te zaaien. In het christendom werden deze demonen assistenten van de duivel. Daarom zijn ook wij van oordeel dat de globale beeldvorming omtrent de Bokkenrijders mede door de overheid gecreëerd werd om de brave burger angst in te boezemen (vandaar ook de overdreven straffen) en zo het overheidsregime in stand te houden. Het bokkenrijdersverhaal past dan ook in de serie van revolutionaire stromingen die de Franse revolutie (1794) voorafgingen: ze waren een exponent van het groeiend ongenoegen van de plaatselijke bevolking tegen het toenmalig ondemocratisch regime (gebaseerd op het elitaire systeem van de middeleeuwse feodaliteit) en de eeuwenlange vreemde overheersing. Dit proces zou enkele decennia later – in 1830-31/39 – uitmonden in de creatie van het onafhankelijke België. In de lange vrijheidsstrijd die deze ontvoogding voorafging, hebben veel voorouders hun leven gegeven. Aan de lijst van deze vrijheidsstrijders voegen we – in alle stilte en bij wijze van postuum eerherstel – ook de 29 Wellens Bokkenrijders die eertijds het leven lieten. Om oude wonden niet nodeloos opnieuw open te rijten, noemen we hun namen niet. Het zijn immers familienamen die nu nog steeds in Wellen en omgeving voorkomen!
Naar aanleiding van de 250ste verjaardag van de gruwelijke processen tegen de Wellens Bokkenrijders staat op 15, 16, 17 en 18 augustus 2024 een groot openluchtspektakel op stapel. Het betreft een organisatie van het Gemeentebestuur Wellen i.s.m. JPCB-projects VOF van bezieler Johnny Put. Met zeven projectoren worden tegen de Romaanse torenromp (silex) en de gotische zijbeuken (mergelzandsteen) van de Wellense Sint-Jan-de-Doperkerk de Bokkenrijders weer tot leven geroepen … kerk en duivel worden na 250 jaar a.h.w. met elkaar verzoend! Op hogergenoemde dagen loopt in de neogotische kapel, gelegen op het nieuwbakken Bokkenrijdersplein vlak bij de parochiekerk, een tentoonstelling over de Bokkenrijders en hekserij. Het bewegwijzerd parcours van de 22 kilometer lange fietsroute ‘De Bokkenrijders achterna’ verbindt een aantal locaties die het verhaal van de Bokkenrijders animeren. De foto’s bij mijn blog brengen enkele hiervan in beeld. Bij diverse bokkenrijder-locaties staan vernieuwde infoborden met een QR-code … voor zij die met eigentijdse apparatuur wensen te bezinnen bij waargebeurde verhalen uit de oude doos. Op www.wellen.be vind je nuttige informatie over twee nieuwe wandelroutes van resp. 8,5 en 12.5 km doorheen het Haspengouws bokkenrijdersdorp Wellen en de deelgemeenten Herten, Berlingen en Ulbeek. In De Bottelarij (Ulbeekstraat 21) zijn fiets- en wandelkaarten beschikbaar. Je kan daar tevens de verhalenfluisteraar “De Bokkenrijders achterna” huren en genieten van steekproducten. Tot slot verwijs ik naar de film ‘Zondebokken’ (eind 2023). Het betreft een lowbudgetfilm van regisseur Rocky Grispen uit Maaseik. Deze film toont o.m. de meedogenloze foltertechnieken (duim- en beenschroeven, tortuurpaardjes, wipgalg, e.a.) waarbij de ondervraagden onder dwang valse bekentenissen aflegden.
De nakende feestelijkheden illustreren dat Wellen de verguisde en te hard gestrafte brandstichters uit de 18de eeuw weer in de armen heeft gesloten. Ook het rotondestandbeeld (foto intro) straalt de rehabilitatie van de Bokkenrijder uit … zij en niet hun rechters kregen in Wellen twee eeuwen na datum een piëdestal! Naarmate de tijd verstrijkt, verbleken de feiten, komt er een andere tijdsgeest en worden oude wonden geheeld. Zijn de Bokkenrijders en hun praktijken dan helemaal van de baan? En hoe zit het 250 jaar later met de strijd tegen de armoede … het leidmotief van hun daden? Mag ik hieromtrent even kritisch én actueel zijn?
22 juli 2024 – Hangjongeren terroriseren al maanden Genoelselderen: “Mensen hebben schrik”. Het Nieuwsblad
29 juni 2024 – Wellen. Vandalen vernielen monument ter ere van Corona-overledenen (HBVL)
22 juni 2024 – Sint-Truiden. Kaartenhuis van kunstenaar Tom Herck wordt hersteld na vandalenstreek. HBVL
17 juni 2024 – Politici weten niet wat armoede is. Hoe kunnen ze die dan oplossen? De Standaard
11 juni 2024 – Op het platteland heerst het gevoel dat de samenleving de verkeerde kant op gaat, dat men wordt achtergelaten. N-VA wil Vlaams pact om problemen van het platteland op te lossen. HBVL
10 juni 2024 – Stallen van historische hoeve in lichterlaaie na brandstichting in Zussen. HBVL
25 mei 2024 – Mensen met geld snappen niet wat armoede is - en toch gaan zij over de oplossingen. De Morgen
Of anders gezegd – ‘In het verleden ligt het heden’. Willem Bilderdijk (1756-1831) ten tijde van de Bokkenrijders!
Lapis, mors-abolescens.
31 juli 2024