Mens & samenleving

Fuseren is de boodschap! Wordt Haspengouw gefusilleerd?

3 september 2020 Haspengouw 2139

In de marge van de corona-zomer 2020 heeft de heer Somers –Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen– een oud zeer weer opgerakeld. “Er zal in de nabije toekomst dringend en ingrijpend gefuseerd moeten worden. Op korte termijn moet het aantal gemeenten in Vlaanderen minstens gehalveerd worden. Hierbij zullen alleen fusies van meer dan 20 000 inwoners financieel beloond worden met een blanco cheque: hoe groter het inwonertal van een fusie des te meer euro’s ”. Omdat deze gedachte zonder meer een aanslag op het voortbestaan en de authenticiteit van landelijke regio’s betekent, heb ik in deze blog het fusiespook losgelaten in Haspengouw. En of het huisgehouden heeft!

Het Vlaamse landschap van steden en gemeenten louter en alleen hertekenen op basis van het koehandel-principe ‘inwonertallen versus geld’ is openlijk Verwerpelijk, Laf en Decadent. Mijn poging tot herindeling van het Haspengouws nederzettingspatroon is niet gebaseerd op inwonertallen maar op een duidelijke toekomstvisie waarin het behoud van de landbouw, de charmerende landelijkheid en de duurzame ontwikkeling van het cultuurtoerisme belangrijke hoekstenen zijn. 

HERK-DE-STAD

Samenstelling. Berbroek, Binderveld, Donk, Herk-de-Stad (+ Schakkebroek), Nieuwerkerken, Schulen, Spalbeek en Wijer. Het betreft de logische samenvoeging van de bestaande fusiegemeenten Herk-de-Stad en Nieuwerkerken (-Kozen). Spalbeek komt over van Hasselt. Dit impliceert dat Nieuwerkerken als hoofdgemeente verdwijnt.  Landschappelijke kenmerken: laagstammige fruitteelt, relatief verspreide bewoning, lintbebouwing en enkele nieuwe verkavelingen. Het blijft één geheel met een relatief verspreide bewoning, een overwegend landelijk karakter en goede verbindingen tussen de negen kernen. Niet iedereen was in het verleden gelukkig met de indeling van Herk-de-Stad bij Haspengouw. Na de eenwording met Nieuwerkerken, reeds enige tijd op zoek naar een geschikte partner, wordt dit voor niet-geografen wellicht een stuk evidenter.

SINT-TRUIDEN of TRUDOSTAD

Samenstelling. Sint-Truiden (inclusief Halmaal, Melveren en Kortenbos), Duras, Wilderen, Gorsem en Runkelen. De overige deelgemeenten worden afgestaan aan Montenaken, Heers of Zepperen-Hoepertingen. Het is een afgeslankte fusie op basis van historische overwegingen. Meer nog dan in het verleden moet Sint-Truiden, dat zelf nooit tot het graafschap Loon behoorde (!), zich profileren als het religieus-cultuurhistorisch centrum van Haspengouw. Vandaar de suggestie om Sint-Truiden voortaan Trudostad te noemen. De integratie van Duras is gebaseerd op historische gronden: de graaf van Duras was voogd van Sint-Truiden. In en rond het stedelijk centrum zijn de noodzakelijke functies wonen (woonwijken), werken (industrieterreinen) en recreatie (groenvoorziening) voldoende en evenwichtig aanwezig. De stedelijke kern Sint-Truiden is bovendien het economisch en commercieel centrum van de Haspengouwse fruitteelt. De roem van STVV is gebaseerd op oer-Haspengouws talent en werkkracht! 

MONTENAKEN

Samenstelling. Alle deelgemeenten van het huidige Gingelom (Boekhout, Borlo, Buvingen, Gingelom, Jeuk, Montenaken, Kortijs, Mielen-Boven-Aalst, Muizen, Niel-bij-Sint-Truiden, Vorsen) alsmede drie dorpen uit de voormalige fusie Sint-Truiden, t.t.z. Velm, Kerkom-bij-Sint-Truiden en Aalst. De nieuwbakken fusie Montenaken omvat dus 14 kernen, zonder uitzondering typische kern- of komdorpen gelegen in de drie-armige bovenloop van de Melsterbeek op het westelijk plateau van Droog-Haspengouw. Demografisch houden de meeste van deze dorpen aardig stand en dit dankzij de nabijheid en vlotte bereikbaarheid van de E40 die garant staat voor snelle pendelmogelijkheden naar Luik en Leuven-Brussel. In deze optiek is Montenaken attractief voor het ‘wonen’ in een landelijk kader. Landbouw (akkerbouw en fruitteelt) drukt zijn stempel op het landschap.

We noemen deze nieuwe entiteit Montenaken, met voorsprong de voornaamste historische kern in dit gezelschap. Montenaken is toponymisch (Montiniacum) van Gallo-Romeinse huize (meerdere tumuli!), kende wellicht bewoningsactiviteit ten tijde van de Pipiniden (7de-8ste eeuw), was een Loonse burchtsite (deels bewaard in de huidige kerktoren), lag in het decor van twee veldslagen (de slag van Steps, 1213 en de slag van Montenaken, 1465) van bovenlokaal belang, gedroeg zich tijdens de middeleeuwen als een ‘economisch’ stedelijk centrum, beschikte over een belfort, halle én een perron en was in het ancien régime een administratief centrum voor heel wat dorpen in de omgeving. In Montenaken is er momenteel nog steeds een “Marktplaats”, vandaar dat we de historische logica respecteren en Montenaken als gemeentenaam prefereren.

HEERS

Samenstelling. We behouden integraal de bestaande, twaalfkoppige fusiegemeente Heers (Batsheers, Gutschoven, Heers, Heks, Horpmaal, Klein-Gelmen, Mechelen-Bovelingen, Mettekoven, Opheers, Rukkelingen-Loon, Vechmaal en Veulen) en breiden deze uit met Engelmanshoven, Gelinden en Groot-Gelmen (onttrokken aan Sint-Truiden) en Broekom (afkomstig uit de fusie Borgloon). We opteren voor een hereniging van Gelmen en behouden de naam Heers, een belangrijk graafschap tijdens de middeleeuwen. De 16 dorpen van Heers 2.0 zijn stuk voor stuk kern- of komdorpen op het zacht golvend plateau van Droog-Haspengouw. Al deze dorpen laven zich aan de bovenlopen van de diverse beken die samen het brongebied van de Herk vormen. Twee kernen staan demografisch sterk, nl. Heers-centrum en Mechelen-Bovelingen. De overige dorpen zijn gevoelig voor ontvolking en vergrijzing maar lenen zich uitstekend voor de verdere ontwikkeling van het hoeve- en plattelandstoerisme.

ZEPPEREN-HOEPERTINGEN

Samenstelling. Berlingen, Brustem, Gotem, Hendrieken, Hoepertingen, Ordingen, Rijkel, Voort en Zepperen. Tussen de ‘gekrompen’ stedelijke centra Sint-Truiden (W) en Borgloon (O) creëren we de nieuwe landelijke fusiegemeente “Zepperen-Hoepertingen”. Deze negen dorpen liggen in het reliëfrijke overgangsgebied van Droog- naar Vochtig-Haspengouw. Ze vormen het landschappelijk hart van de laagstammige fruitteelt die sinds het kantelmoment ‘1958’ het eetbaat imago van Haspengouw mede bepaalt. De voormalige ‘fruitlijn’ –d.i. de spoorweg van Sint-Truiden via Borgloon naar Tongeren– snijdt Zepperen-Hoepertingen middendoor. Zepperen was in de middeleeuwen één van de elf banken van het Maastrichtse Sint-Servaaskapittel. Hoepertingen had tijdens het ancien régime het statuut ‘redemptiedorp’. Zepperen-Hoepertingen benadrukt het ingewikkeld bestuurlijk en juridisch kluwen van de Haspengouwse dorpen in vroegere tijden. De fusie herenigt ook de “Drie Gezusters” (Zepperen, Rijkel en Brustem), een drie-eenheid die wortelt in het Keltisch verleden. Het buitenbeentje in deze nieuwe fusie is Brustem … dat ooit een burchtstadje was in de Loonse verdedigingsgordel tegen het prinsbisdom Luik (én Sint-Truiden). We onttrekken Brustem nu aan Sint-Truiden omdat l.g. na ruim veertig jaar loze ‘beloftes’ nog steeds niets ondernomen heeft om de prachtige donjon van Brustem (1171) te geven waar hij recht op heeft … een verdiende restauratie voor erfgoed van Vlaams belang! Naast ‘fruit’ is onze boreling Zepperen-Hoepertingen gezegend met diverse cultuurtoeristische troeven: de kluiskapellen van Oetersloven en Helshoven, de onvolprezen Sint-Genovevakerk van Zepperen, een tiental kastelen, de prachtig gerestaureerde commanderij van Ordingen, …. Kortom, een boreling die veel in zijn mars heeft.

WELLEN

Samenstelling. Het huidige Wellen behoudt Ulbeek alsook het straatdorpje Herten, maar staat Berlingen af aan Zepperen-Hoepertingen.  Wellen speelt al eeuwen cavalier seul –in één van mijn toekomstige blogs kom ik hierop terug– en dit willen we in de toekomst bestendigen. Wellen-centrum heeft zich na het kantelmoment ‘1958’ ontwikkelt tot een ‘hoofddorp’ … een heus regionaal centrum met de jaarlijkse juni-kermis die nergens op het Haspengouwse platteland grootser is. In Herten is –dankzij de gedrevenheid van de familie Neven– het aantal arbeidsplaatsen minstens het drievoud van het inwonertal, een Haspengouws unicum! Bovendien heeft Ulbeek een modelfunctie in de Haspengouwse nederzettingsgeografie: het stond model bij de creatie van het Haspengouws dorp in het Openluchtmuseum van Bokrijk! Dergelijke unicums verdun je niet door deze dorpen te laten opgaan en ze vervolgens te laten wegkwijnen in grotere artificiële gehelen. Bovendien heeft de huidige leading lady van Wellen, sp-a burgemeester Els Robeyns, in het recente verleden meermaals te kennen gegeven dat haar Wellen zich door niemand het hof laat maken en alleen wil verder doen. Onze steun heeft ze alvast … Bruisend Wellen, Vochtig-Haspengouw ten voeten uit!

ALKEN

Samenstelling. Alken (inclusief de parochies Terkoest en Sint-Joris), Kozen, Sint-Lambrechts-Herk en Stevoort. Alken participeerde niet in de fusieoperatie van 1970-76 en bleef toen solo. Gelegen aan de zuidrand van de stedelijke agglomeratie Hasselt is Alken na het kantelmoment ‘1958’ uitgegroeid tot de meest verstedelijkte Haspengouwse plattelandsgemeente: sinds de Tweede Wereldoorlog is het inwonertal meer dan verdubbeld (van 5 589 inw. in 1947 naar 11 626 inw. in 2020). De steile demografische groei werd in de hand gewerkt door de ligging aan de spoorlijn Hasselt-Sint-Truiden en de expresweg N80: het spoorwegstation bevordert de ontsluiting en het aanpalend industrieterrein Kolmen verzekert plaatselijke tewerkstelling.  Marc Penxten (NV-A), de huidige burgervader van de brouwerijgemeente, is een fervent voorstander van een fusie. Met de aanhechting van Kozen (nu Nieuwerkerken) alsook Stevoort en Sint-Lambrechts-Herk (beide ontnomen aan Hasselt) verwezenlijken we deze droom gedeeltelijk.  Het nieuwe Alken zien we als een buffer om de zuidwaartse expansie van Hasselt in te dijken en de authenticiteit van de Haspengouwse landelijkheid veilig te stellen. We raden Alken en Penxten ten stelligste af met Hasselt in zee te gaan en daarin te verdrinken

HASSELT

Samenstelling. Diepenbeek (behalve het grondgebied ten zuiden van de E313), Hasselt (inclusief Rapertingen en de spoorwegwijk Runkst), Kermt en Kuringen. Uiteraard blijven ook de noordelijke of Kempische wijken/parochies van de hogergenoemde gemeenten (o.a. Kiewit, Godsheide, Rooierheide en Lutselus) tot het geüpdatet Hasselt behoren. We opteren dus voor het schrappen van Diepenbeek als autonome gemeente. De geografie –met name de Demer, de natuurlijke grens tussen Haspengouw en Kempen– en de middeleeuwse handelsroute Diest-Hasselt-Bilzen-Maastricht vormen de rode draad van deze nieuwbakken entiteit. Het lost meteen de onenigheid omtrent de standplaats van de UHasselt op en maakt nauw betrokken partijen sterker in de toekomstige realisatie van het Sparticusplan! De herboren provinciehoofdplaats ‘Hasselt annex Diepenbeek’ is nu reeds een sterk verstedelijkt weefsel waarin verdere woonverdichting en verstedelijking zich naar hartenlust (maar begrensd) kunnen ontwikkelen.  Hasselt heeft me in het verleden meermaals op de vingers getikt en beweert dat het niet tot Haspengouw behoort: “Hasselt is een stad met dames en heren die niks met de Haspengouwse boeren gemeen heeft”, klonk de aantijging. Niettemin heb ik het plichtsbewust én eerlijkheidshalve aangedurfd om ook Hasselt in mijn vijf Haspengouw-monografieën te integreren. Een stad kan zich immers niet distantiëren van een geografische streek. Ze ontwikkelde zich bovendien meestal in de contactzone van twee of meer geografische streken … a fortiori als ze niet op een bevaarbare waterloop (in casu de Limburgse Demer) ligt. Alle Vlaamse steden zijn ontstaan als een markt- en/of handelscentrum waar agrarische producten uit de omgeving verhandeld werden: elke regio zorgde overeenkomstig de bodemgesteldheid –leem (Haspengouw) versus zand (Kempen)– voor specifieke producten en waren. Op Hasselt zou nooit het etiket jeneverstad kleven … ware er niet vlakbij Haspengouw, waar het graan om jenever te stoken floreerde! Welnu, als mijn voorstel het haalt dan ben ik bereid om het stedelijk weefsel Hasselt uit Haspengouw los te weken. Met de huidige situatie waarin Wimmertingen, Sint-Lambrechts-Herk en Stevoort onder Hasselt ressorteren, blijft Hasselt echter een inherent onderdeel van Haspengouw!

KORTESSEM

Samenstelling. Gors-Opleeuw, Guigoven, Jesseren, Kortessem, Neerrepen, Overrepen, RomershovenSchalkhoven, Sint-Huibrechts-Hern (inclusief Vrijhern), Vliermaal (inclusief Zammelen), Vliermaalroot, Wimmertingen en Wintershoven. Ook het authentiek Haspengouws gebiedsdeel van Diepenbeek, gelegen ten zuiden van de E313, wordt in het nieuwe Kortessem geïntegreerd.  De oudste archivalische vermelding van Kortessem dateert uit 741. Hiermee behoort het tot de oudste met naam vermelde woonkernen van de Frankische kolonisatie die de basis van het nederzettingspatroon is. Bovendien had de Sint-Pieterskerk van Kortessem in de middeleeuwen het statuut ‘kapittelkerk’. Deze titel en functie –nl. de aanwezigheid van een gezaghebbend kapittel van kanunniken– was enkel het voorrecht van stedelijke hoofdkerken (zoals Tongeren, Borgloon, Sint-Truiden). Hasselt dat nu in Limburg de scepter zwaait, heeft nooit een kapittel van kanunniken gehad! Met de voorgestelde aanhechtingen knoopt Kortessem, het geografisch kruispunt van Haspengouw, aan bij zijn leidinggevende status van weleer. Het neemt Wimmertingen over van Hasselt. Van Borgloon ontvangt het logischerwijs Gors-Opleeuw –een rechtzetting van een kapitale blunder van de fusie in 1976– en Jesseren. Over- en Neerrepen worden losgeweekt van Tongeren. Hoeselt staat Romershoven, Schalkhoven en Sint-Huibrechts-Hern af. Belangrijk hierbij is dat Guigoven, Gors-Opleeuw en Kolmont –een belangrijke strategische drie-eenheid uit het land van Loon– weer verenigd zijn. Andere sterkhouders zijn het heiligendorpje Wintershoven, het oppergerecht van Vliermaal en de kluis van Vrijhern. De nieuwe fusie Kortessem behoudt in de eerste plaats zijn Haspengouwse landelijkheid en gaat resoluut de strijd tegen de oprukkende verstedelijking vanuit het noorden aan. Op basis van ervaring en realisaties in het verleden twijfelen we er niet aan dat Toerisme Kortessem met brio de talrijke cultuurtoeristische en landschappelijke troeven zal ontsluiten en promoten.

BILZEN

Samenstelling. Beverst, Bilzen, Eigenbilzen, Hoelbeek, Hoeselt (incl. Alt-Hoeselt en de Nedertstraat), Martenslinde, Mopertingen, Munsterbilzen, Rijkhoven, Waltwilder en Werm. Grosso modo komt deze nieuwe entiteit neer op het logisch samengaan van twee kernen –Bilzen en Hoeselt– die momenteel al één morfologisch geheel vormen en urbanistisch met elkaar vergroeid zijn. Hoeselt staat hierbij wel zijn landelijke deelgemeenten Romershoven, Schalkhoven en Sint-Huibrechts-Hern af aan Kortessem. Bilzen laat Hees, Rosmeer, Kleine- en Grote-Spouwen opgaan in de fusie Mergelland. Een en ander impliceert dat het Frankische Hoeselt als autonome gemeente verdwijnt. Met deze fusie komen we tegemoet aan de wens van meerdere Hoeseltse bewindslieden –o.a. in de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen ‘2018’– om één te worden met Bilzen. Naar analogie met Herk-de-Stad en Hasselt zien we het toekomstige Bilzen als de noordoostelijke buffer tussen de Kempen en Haspengouw.

MERGELLAND

Samenstelling. Genoelselderen, Grote-Spouwen, Hees, Herderen, Kanne, Kesselt, Kleine-SpouwenMembruggen, Millen, Riemst, Rosmeer, ’s-Herenelderen, Val-Meer, Veldwezelt, Vlijtingen, Vroenhoven en Zichen-Zussen-Bolder.  Het betreft de verzameling onder een nieuwe noemer –Mergelland– van 17 geconcentreerde kerndorpen op het zgn. krijtplateau van Millen-Riemst, het droge en zacht golvend plateau op de waterscheiding tussen het Maas- en Scheldebekken. Concreet komt deze operatie neer op de uitbreiding van de fusiegemeente Riemst met landschappelijk analoge dorpen die voorheen letterlijk aan de rand van Tongeren, Bilzen en Lanaken lagen. Uiteraard opteerden we ook voor de hereniging van het historisch domein Elderen. Op basis van de aanwezigheid van kalkhoudende formaties –het zgn. Maastrichtiaan– op geringe diepte noemen we deze nieuwe entiteit “Mergelland”. We geven hiermee het huidig gemeentebestuur van Riemst dat ijvert voor een internationaal landschapspark op basis van “mergel”, een duwtje in de rug. Trouwens, in mijn archieven steekt een document waarin datzelfde bestuur zich openlijk distantieert van “behoren tot Haspengouw” en hiermee elke vorm van medewerking aan Georeto’s Haspengouw-monografieën afwees.  Nochtans bestaan er studies die Millen een geografisch modeldorp voor Droog-Haspengouw noemen. Deze afwijzing heeft me niet belet om Riemst consequent als een inherent onderdeel van Haspengouw te behandelen.

TUNGRI

Samenstelling. Berg, Henis, Koninksem, Riksingen en Tongeren (inclusief Nieuw-Tongeren). Tongeren behoudt dus enkel de deelgemeenten waarmee het nu reeds morfologisch en urbanistisch vergroeid is en die het de afgelopen decennia ‘gebruikt’ heeft om de stadskern ruimtelijk uit te breiden. In de oudste stad van Vlaanderen moet voortaan alle aandacht uitgaan naar het behoud van het statuut ‘stad’ én de zichtbare versteviging van de bevoorrechte status “prestigieuze Romeinse stad”. Precies daarom creëerden we Rutten (infra) als ontlasting voor Tongeren van de zorg voor zijn huidige zuidelijke en westelijke deelgemeenten.  Tongeren heeft de afgelopen decennia stevig geblunderd. Door de creatie van T-Forum – een modern winkelcentrum extra muros– valt het historisch centrum aan verloedering en leegloop ten prooi. Het kreunt! Het veel belovend en fors gesubsidieerd project “Het land van Ooit” bleek een doodgeboren kind. Foei! In het oosten ruimden de Romeinse heerbaan naar Maastricht alsmede vruchtbare leemgrond, afgesnoept van de deelgemeente Mal, plaats voor het industriepark Tongeren-Oost. De noordoostelijke ‘omleidingsweg’ bakent het gebied af dat in de komende decennia verstedelijkt zal worden. Erg voor Berg! Investeren in cultuurtoerisme met Romeinse accenten –het Romeinse land van ooit opnieuw verwekken!– is een voorwaarde sine qua non voor Tongeren als het zich in de toekomst wil handhaven als een evenwaardige partner van zijn historische geestesgenoten zoals Maastricht, Keulen, Trier en Nijmegen! Om deze visie kracht bij te zetten, grijpen we terug naar de Gallo-Romeinse naam van Tongeren … Tungri. 

RUTTEN

Samenstelling. Diets-Heur, Haren-Bommershoven, Lauw, Mal, Nerem, Piringen, Rutten, Sluizen, Vreren en Widooie. Tussen Tongeren en de taalgrens maken we plaats voor Rutten. Deze nieuwe administratieve entiteit bestaat hoofdzakelijk uit gemeenten die voorheen tot Tongeren behoorden. In het noordwesten herstellen we het Karolingische ‘domein van Adelardus’ (kleinzoon van Karel Martel) dat Haren-Bommershoven (thans Borgloon) en Widooie (nu Tongeren) omvatte. We opteren voor de rehabilitatie van de naam Rutten omdat de Sint-Martinuskerk van deze landelijke gemeente in de middeleeuwen een kapittelkerk was … een privilege dat enkel aan gezaghebbende sites werd toevertrouwd.  Het verdwenen gehucht Hamal –alleen het omvangrijke kasteeldomein hield stand– speelde een vooraanstaande rol in de middeleeuwse relaties en controverses tussen het prinsbisdom Luik en het hertogdom Brabant. Mogelijks kan het Rutten van de toekomst nog uitgebreid worden met Vechmaal dat we vooralsnog bij Heers hebben gelaten. Idem dito voor de faciliteitengemeente Herstappe als men in Brussel bereid is om misbaksels uit het verleden te corrigeren. We stellen democratische referenda voor om deze knopen door te hakken.

 

 

 

 

 

 

 

Lapis, mors-abolescens.
3 september 2020


Scroll to Top
Scroll to Top